dinsdag 25 februari 2014

113. Lekker schieten met je stoere pistooltje

Actualiteit - Sport - Politiek/Macht

 


Verbazen over regels

De Olympische Winterspelen 2014 in Sotsji zitten erop. Dat het enorme succes van Nederland (8 gouden medailles en 24 in totaal) waarschijnlijk nooit meer zal worden overtroffen, is geen gewaagde uitspraak. Van de 32 beschikbare medailles in het schaatsen won Nederland er maar liefst 23. Slechts zeven schaatsers uit zes andere landen wisten de overige negen medailles te winnen.
Ik kijk graag naar sport, maar bij sommige sporten blijf ik me verbazen over bepaalde regels waarvan ik denk: ligt het nou aan mij of slaat dit helemaal nergens op? Zo werd op de 500 meter schaatsen bij de dames de Duitse Judith Hesse na een tweede valse start gediskwalificeerd. In tranen was ze. Niet dat ze een favoriet voor een medaille was, maar ook zij zal vier jaar lang hard hebben getraind met als doel haar beste prestatie op de Spelen te leveren.
 

Schlemielige val

Qua leedvermaak zal ik nooit vergeten dat ik ooit baanwielrenner Shane Kelly uit Australië zag die als wereldrecordhouder en grote favoriet aan de 1000 meter tijdrit van de Olympische Spelen in Atlanta 1996 van start ging. Nou ja, van start ging. Die start verliep helaas voor hem niet zo soepel: zijn voet gleed uit het pedaal en binnen een fractie van een seconde was zijn droom op een gouden medaille voorbij.
Je zal maar vier jaar lang keihard hebben getraind voor die ene droom en dan op het moment suprême meteen uit je toeclip schieten. Flink balen lijkt me dan een understatement.
Veelvuldig wereldkampioen sprint en wereldrecordhouder 500 en 1000 meter schaatsen Jeremy Wotherspoon overkwam in 2002 tijdens de Winterspelen van Vancouver iets vergelijkbaars: als huizenhoge favoriet ging hij van start op de 500 meter om binnen tien meter voorover met zijn neus op het ijs te vallen. De enorme druk om in zijn thuisland Canada de verwachte gouden plak binnen te slepen bracht hij over op zijn schaatsen waardoor die teveel  in het ijs drukten met de schlemielige val als resultaat.
Te graag willen heet dat en dat is nooit goed, want ontspannen is het toverwoord. Stefan Groothuis deed in Sotsji op de 500 meter overigens nog een geslaagde Wotherspoon-imitatie; hij viel op precies dezelfde manier. Gelukkig voor hem was de 500 meter niet zijn favoriete afstand en leerde hij van de val om twee dagen later alsnog Olympisch kampioen te worden op zijn afstand, de 1000 meter. Iets wat Wotherspoon nooit meer zou lukken. In een ultieme poging om de verloren gouden medaille alsnog te winnen probeerde hij zich onlangs op 37-jarige leeftijd nog te kwalificeren voor Sotsji, maar die poging tot een comeback strandde zoals te verwachten jammerlijk.
 

Een start is vals als die voordeel oplevert

Vroeger mochten de twee schaatsers die in de wedstrijd tegen elkaar reden ieder twee keer vals starten. Pas bij een derde valse start werd de betreffende schaatser gediskwalificeerd. Dat moet efficiënter kunnen moet men bij de schaatsbonden gedacht hebben en daarom geldt tegenwoordig een veel strengere regel: er mag slechts één valse start plaatsvinden. Ongeacht wie van de twee die veroorzaakt, wordt de schaatser die de volgende valse start veroorzaakt meteen gediskwalificeerd.
Iets wat op mij als oneerlijk overkomt, want dat houdt dus in dat als je tegenstander tevergeefs in het startschot probeert te vallen, hij het over mag doen. Terwijl als jij daarna hetzelfde doet, je meteen wordt gediskwalificeerd. Maar goed, deze discussie zal ik hier verder niet gaan voeren.
Nou had ik er geen enkele moeite mee gehad als mevrouw Hesse zou zijn gediskwalificeerd omdat ze twee keer na elkaar met haar schaatsen over de lijn was gegaan voordat het startschot had geklonken.  Door eerder te vertrekken, behaal je tenslotte voordeel ten opzichte van je concurrent én de klok/tijd en laat dat - naar ik aanneem - nou net precies de reden zijn waarom een valse start in het leven is geroepen. 
Een start is vals als die voordeel oplevert voor de schaatser die in “overtreding” gaat en om dat te voorkomen, krijgt hij straf. Anders ontstaat er een oneerlijke wedstrijd en dat is wel het laatste wat wij echte sportliefhebbers willen, nietwaar?
 

In schaatsport gelden andere wetten

Hoe logisch deze redenering voor mijn gevoel ook is, gelden in de schaatssport echter blijkbaar andere wetten en hebben ze een hele andere definitie van een valse start dan ik.
Bij schaatsen is een start namelijk ook vals als je even beweegt voordat de starter het startschot geeft. Dat kan een korte beweging zijn met je arm of been, maar het kan ook gewoon zijn dat je even trilt.
Nou lijkt mij persoonlijk een beetje trillen op een moment dat je met twee flinterdunne ijzertjes op glad ijs staat erg moeilijk om te voorkomen, maar dat kun je in mijn geval nog wegwuiven met de terechte constatering dat ik een matige schaatser ben. Desalniettemin lijkt het mij eerlijk gezegd voor niemand makkelijk om op schaatsen een paar seconden doodstil op het ijs te staan. En zeker als je een starter hebt die lang wacht met schieten (wellicht in de hoop dat er dan iemand toch stiekem gaat bewegen?).
Samengevat: bij de start van een schaatswedstrijd mag door een deelnemer niet worden bewogen, punt. Wie dat wel doet, heeft pech en krijgt een valse start toegewezen.
 

De logica ontgaat mij volledig

Het mooie van dit alles is dat de logica hiervan mij volledig ontgaat. Helaas is het overzichtelijk op internet zetten van de schaatsregels niet aan de Nederlandse schaatsbond (KNSB) besteed en moet ik dus zelf maar naar een verklaring zoeken.
De enige mogelijke verklaring die ik kan bedenken is dat je met het bewegen van je lichaam je tegenstander afleidt, wat nadelig is voor hem en jou dus een voordeel oplevert. Tot zover kan ik deze redenering volgen. Zo kan ik me heus wel voorstellen dat als je braaf op het startschot wacht het hoogst irritant is als je tegenstander ondertussen naast of voor je (als het achter je gebeurt, merk je dat niet lijkt me) druk heen en weer aan het bewegen is. Hetzelfde zou zijn als je tegenstander opeens allemaal harde geluiden zou gaan maken om jou af te leiden; ook dat zal niet toegestaan zijn en terecht.
Maar nu komt mijn punt: er is natuurlijk wel een groot verschil tussen iemand die expres druk heen en weer aan het bewegen is met als doel om de tegenstander af te leiden en iemand die per ongeluk een beetje trilt of een kleine beweging met arm of been maakt. De logica van zo iemand bestraffen met een valse start ontgaat mij compleet en wel om twee essentiële redenen: a. die persoon heeft daar geen enkel voordeel van en b. de tegenstander ondervindt daar noch last noch nadeel van.
Ik ben geen topschaatser, maar je maakt mij niet wijs dat als een topschaatser geconcentreerd in de starthouding staat hij op kleine bewegingen van zijn tegenstander let. Volgens mij focust hij zich op dat moment puur en alleen op zijn eigen start.
 

Conclusie

Mijn conclusie: het geven van een valse start bij schaatsen door kleine lichaamsbewegingen of trillingen bij een deelnemer slaat helemaal nergens op. Iemand kan trillen of bewegen wat hij wil achter de startlijn, maar daar zal hij geen duizendste van een seconde harder door schaatsen. Het feit dat Judith Hesse een beetje bewoog tijdens de tweede start had daarom nooit reden mogen zijn om haar te diskwalificeren. Een start behoort pas vals te zijn als je er voordeel uit haalt, punt.
 

Regels zijn nu eenmaal regels

Natuurlijk kan ik het hierbij laten. Maar mijn trouwe lezers zullen niet verbaasd zijn dat ik er nog een prikkelend schepje bovenop doe door nog even door te denken over de mogelijke achterliggende motieven voor een starter om toch schaatsers als Judith Hesse valse starts toe te kennen of zelfs te diskwalificeren.
Ervan uitgaande dat de regel inderdaad is ingevoerd om te voorkomen dat bewegingen worden uitgevoerd om de tegenstander af te leiden en er voordeel uit te halen dan nog is het aan de starter om te bepalen hoe hij deze regel in de praktijk interpreteert en (eventueel) toepast.
Als het gaat om de wijze waarop mensen met regels omgaan, heb je denk ik globaal met drie soorten mensen te maken. Je hebt een kleine groep a(nti)sociale mensen die zich weinig van regels aantrekt. Dan heb je een grotere, maar nog steeds selecte groep die wel bereid is om regels te volgen, maar die ze tegelijkertijd ook kritisch bekijkt. Als deze mensen het nodig vinden, zullen ze bepaalde regels ter discussie stellen. Bijvoorbeeld omdat die regels inmiddels verouderd en/of niet meer redelijk zijn. Tot slot heb je nog met afstand de grootste groep die bestaat uit mensen die als uitgangspunt hebben dat regels regels zijn en dienen te worden opgevolgd.
Deze brave mensen kijken niet naar het hoe en waarom van de regels, maar richten zich slechts op het uitvoeren ervan. Waarbij het een geruststellende en veilige gedachte is dat wat er ook gebeurt men zich altijd achter die regels kan verschuilen. De mensen die hierin uitblinken zijn in feite overal ideaal inzetbaar en met name voor streng hiërarchische organisaties met veel regels zoals bijvoorbeeld het leger, de politie, de kerk, de juridische wereld etc.
 

Enorme kick

De gemiddelde starter bij een schaatswedstrijd schaar ik bij de laatste groep. Hij is een scheidsrechter die met een reglementenboekje onder zijn arm de wedstrijd tegemoet gaat en zich voorneemt om zo consequent mogelijk de regels te gaan toepassen.
Nadenken over het hoe en waarom van de regels is niet zijn ding. Diep in zijn hart moet hij eerlijk toegeven dat de functie hem ook een lekker gevoel van macht geeft. Een gevoel dat hij waarschijnlijk thuis en op zijn werk mist. Dat hij en niemand anders de baas is over het verloop van de start van zo’n belangrijke wedstrijd, wauw dat geeft zo'n enorme kick!
En wat is er dan mooier om op jouw moment - het moment waarop je met je mooie glanzende pistool in je hand aan de start staat en iedereen in het stadion op jou aan het wachten is - om dan n
èt even wat langer dan nodig is te wachten met schieten. Gewoon in de hoop dat je nog ergens een piep-, piepklein trillinkje of beweginkje ziet, zodat jij opnieuw weer lekker mag schieten met je stoere pistooltje en iedereen kan zien dat jij, alleen jij, hier de baas bent en bepaalt wie er straf krijgt en wie niet. Ja, dat zijn van die mooie trotsmomentjes waarvoor je leeft!

Overeenkomst tussen scheidsrechters en juristen

Om even te chargeren zie ik wel een overeenkomst tussen scheidsrechters en de juristen uit mijn vorige column (column 112): zoals sommige aanklagers vergeten dat rechtspraak hoort te draaien om rechtvaardigheid vergeten sommige starters dat een valse start hoort te draaien om het voorkomen van een voordeel voor de “overtreder”. Met daarbij de kleine kanttekening dat het bij de een kan gaan om een verschil tussen leven en dood en bij de ander om een verschil tussen een medaille/titel of niks.
Toch had ik te doen met Judith Hesse en het onrecht dat haar in mijn ogen werd aangedaan. Al kan ze zich getroosten met de gedachte dat de tijd dat Duitsland grossierde in (vrouwen) schaatsmedailles bij de Olympische Winterspelen voorlopig voorbij is en zij daar op de 500 meter ook geen verandering in had gebracht.

Eindstand schaatsmedailles Sotsji 2014 Nederland-Duitsland: 23-0.    



Tonko

Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.




zondag 23 februari 2014

112. Screw the truth and justice!

Actualiteit - Rechtspraak en (On)Rechtvaardigheid - Doodstraf



  

Documentaire Code Rood: de doodstraf

Afgelopen week kondigde de democratische gouverneur van Washington Jay Inslee aan dat hij niet langer opdracht zal geven om de doodstraf uit te laten voeren.
Hij kwam tot dit opvallende en moedige besluit omdat hij over de doodstraf was gaan twijfelen nadat hij met juristen en familieleden van slachtoffers had gesproken. “Er zitten gebreken in ons strafrecht. We kunnen niet met de doodstraf doorgaan als het systeem niet perfect is.”, aldus Inslee.
Een paar weken geleden zag ik bij de NCRV de documentaire “Code Rood: de doodstraf” van Jessica Villerius, die de dag ervoor ook te gast was geweest in de RTL Late Night show met Humberto Tan. In de documentaire praat Villerius met advocaten en aanklagers, familieleden van slachtoffers en ter dood veroordeelden die op hun executie zitten te wachten over de zin en onzin van de doodstraf in de Verenigde Staten.
Om ter dood veroordeelden te kunnen interviewen, had Villerius toegang gekregen tot Death Row in Texas, de gevangenisplek waar deze mensen zitten te wachten op het moment dat ze worden geëxecuteerd.  Texas is op het gebied van de doodstraf een beruchte staat binnen de Verenigde Staten. Sinds 1976 zijn daar inmiddels meer dan 500 mensen geëxecuteerd en wachten nog bijna driehonderd mensen in Death Row hetzelfde lot.
 

Een beschaafd land kent geen doodstraf

Zoals wel vaker verkies ik ook voor het bepalen van mijn visie op de doodstraf mijn verstand boven mijn gevoel. Gevoelsmatig kan iedereen wel voor de doodstraf zijn en zeker als de veroordeelde iemand is die een van jouw dierbaren heeft omgebracht.
Hoe ontzettend begrijpelijk dat standpunt ook is, vind ik het geen wijs standpunt. De wereld wordt er geen haar beter van als we iedereen executeren die een of meer moorden heeft gepleegd. Je afkeur tonen over moord door het zelf nog eens dunnetjes over te doen, lijkt me niet bepaald het geven van een goed en wijs voorbeeld. Dat is net zoiets als een kind slaan omdat hij zijn zusje heeft geslagen.
Een gepaste gevangenisstraf na een eerlijk en rechtvaardig verlopen proces beschouw ik nog steeds als het meest voor de hand liggende goede voorbeeld. Een beschaafd land kent in mijn ogen dan ook geen doodstraf. Waarmee ik overigens meteen mijn oordeel over de Verenigde Staten verklap. Met eerdere kritische columns over dit land behoud ik zo de hoop levend ooit op een dag ook te worden afgeluisterd, want anders hoor ik er in deze tijd natuurlijk niet bij.
 

Falende mensen

Nog een belangrijke reden om sowieso principieel tegen de doodstraf te zijn, is dat we ook in de rechtspraak te maken hebben met falende mensen. En dan praat ik helaas niet alleen over mensen die onbewust en onbedoeld fouten hebben gemaakt, maar ook over mensen die vanuit puur egoïstische motieven heel bewust hebben "gefaald". 
Door dit falen worden alleen al in de Verenigde Staten jaarlijks gemiddeld vier personen geëxecuteerd die later aantoonbaar (bijvoorbeeld door DNA) onschuldig bleken te zijn. Voorstanders van de doodstraf doen dit soort “incidenten” af als risico van het vak, "collateral damage" (bijkomende schade) of “casualties of war” (slachtoffers die tijdens oorlogen nu eenmaal altijd vallen).
Leuk geredeneerd, maar ik vraag me af of je het ook bereid bent zo te zien op een moment dat een van je dierbaren “per ongeluk” wordt geëxecuteerd. Ermee kunnen leven dat iemand wordt geëxecuteerd die aantoonbaar schuldig is aan moord is één, maar hoe kun je als maatschappij in godsnaam leven met het idee dat je iemand hebt laten ombrengen die later onschuldig blijkt te zijn?
 

Geen cent

In de documentaire komt een man aan het woord die Death Row na elf jaar levend heeft mogen verlaten, omdat in zijn geval “op tijd” werd bewezen dat hij onschuldig was. Hij is niet de enige in de Verenigde Staten die nu vrij rondloopt na in Death Row onschuldig te hebben vastgezeten. Met ongeveer 150 andere mensen kan hij een leuk Facebook-account aanmaken voor onschuldige ex-Death Rowers.
In het land waar je je buurvrouw voor tonnen kunt “sue-en” (voor het gerecht dagen) omdat je zoon ernstige psychische schade heeft geleden nadat hij in haar huis over een kleedje is gestruikeld en zijn arm brak, mag je toch verwachten dat deze ten onrechte tot dood veroordeelde man na elf jaar cel wel recht heeft op een schadevergoeding van enkele miljoenen dollars. Maar niets is minder waar. De man kreeg geen cent. Sterker: hij ontving van de staat een rekening van 58.000 dollar voor kinderbijslag die was betaald, omdat hij tijdens zijn verblijf in de gevangenis niet in staat was geweest om voor zijn kinderen te zorgen.
 

Vreselijke rol van menselijk ego

De discussie over de doodstraf bestaat natuurlijk al heel lang en dat geldt ook voor mijn nooit gewijzigde standpunt hierover. Veel boeiender vind ik echter het aangaan van de discussie over de kwalijke rol die de juristen ook in deze documentaire innemen (zie mijn columns 85, 95, 96 en 97).
Ook hier draait het wederom om de vreselijke rol van het menselijk ego; overigens niet die van de advocaten dit keer, maar om die van de openbare aanklagers. Aanklagers die gedrag vertonen waarvan je je serieus mag afvragen wat hen - die toch de “good guys” in het verhaal verondersteld worden te zijn - in godsnaam onderscheidt van de “bad guys” die zij zo dolgraag geëxecuteerd willen zien.
Wat ik al in genoemde columns concludeerde, wordt hier opnieuw bevestigd: het draait bij (te)veel rechtszaken totaal niet om het achterhalen van de waarheid. Terwijl dat toch nog altijd dé voorwaarde is/zou moeten zijn voor het behalen van rechtvaardigheid. Wat vaak centraal lijkt te staan, is niets anders dan een spelletje tussen twee partijen die beide kosten wat het kost willen winnen om hun ego’s te strelen en daarbij voor het gemak even vergeten waarom justitie ook alweer justitie heet (justitie/“justice” = rechtvaardigheid).
 

Achterhouden bewijzen

Zo horen we van Villerius dat het voor ambitieuze juristen in de Verenigde Staten belangrijk is voor het verloop van hun carrière om zoveel mogelijk veroordelingen tot de doodstraf “achter hun naam” te hebben staan. Dat staat goed op je curriculum vitae en vergroot je carrièremogelijkheden.
Twee advocaten die zich als felle tegenstanders van de doodstraf inzetten voor Death Row-veroordeelden vertellen dat het vanuit dit soort egoïstische motieven ook regelmatig voorkomt dat aanklagers bewust bewijzen achterhouden die in het voordeel van verdachten zijn of soms zelfs hun onschuld aantonen. Dit alles met als enige doel  om te scoren: de zaak winnen en weer een doodstraf op je curriculum vitae kunnen toevoegen. Dus op zijn Amerikaans gezegd: “screw the truth and justice” en zorg dat je als aanklager zoveel mogelijk van die “bastards” de dood(straf) in jaagt. Het is slechts een kwestie waar je je prioriteit legt: bij de waarheid en gerechtigheid of bij je eigen ego.
 

Scheidslijn tussen jurist en misdadiger soms flinterdun

Een ander voorbeeld van verwerpelijk gedrag van aanklagers dat door genoemde twee advocaten wordt genoemd, is dat bij zaken waar meerdere mensen met elkaar verdacht worden van het plegen van een moord het regelmatig voorkomt dat de aanklagers met een van deze verdachten een regeling treffen (“plea bargain”). Ze pikken dan de meest beïnvloedbare verdachte eruit en doen hem een voorstel: in ruil voor een lage straf of vrijspraak getuigt hij dat een van de anderen de dader is waardoor ze tegen die persoon de doodstraf kunnen eisen.
Pikant detail: of de verklaring van deze uitgekozen verdachte waar is of niet, is niet relevant. Wat relevant is, is dat ze iemand als dader kunnen aanwijzen en tot de doodstraf kunnen veroordelen. Wederom trekt rechtvaardigheid aan het kortste eind. Dat het doel van rechtspraak bij moordzaken nou juist draait om het vinden en achterhalen van zowel de waarheid als de dader(s) als rechtvaardigheid wordt door de aanklagers voor het gemak even vergeten. Liever snel weer een doodstrafje op je curriculum vitae kunnen toevoegen dan kostbare tijd verspelen aan futiliteitjes als de waarheid of rechtvaardigheid.
Zoals helaas wel vaker voorkomt in de juridische wereld is de scheidslijn tussen jurist en misdadiger soms flinterdun. Want wat is in godsnaam nou nog het verschil tussen een moordenaar en iemand die willens en wetens een onschuldig persoon tot de doodstraf weet te veroordelen? Wie het weet, mag het zeggen.
Net als ieder ander die zit opgescheept met een sterk rechtvaardigheidsgevoel heb ik de geruststellende gedachte dat ik gelukkig in de juiste wereld leef; hier kan ik er tenminste wat mee. Rondlopen met gevoelens waar je niets mee kunt, lijkt me vreselijk frustrerend. God Bless America (and humankind)...
again!


  

Tonko

Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 
Cartoon: internet