zondag 31 januari 2016

231. COLUMN PUBERS, HET DOMME PUBERBREIN, PRIVÉ (DEEL 1/2, DEEL 2 VOLGT HIERNA, ZIE 233): Voor het goed inschatten van een risicovolle situatie kun je maar beter geen puberbrein hebben

ONDERWERPEN: PUBERS EN HET PUBERBREIN

 

Opgezwollen oog

Tijdens de kerstvakantie zag het gezicht van mijn jongste zoon van (toen vijftien en inmiddels) zestien eruit als dat van een bokser die net alle hoeken van de ring heeft gezien. Zijn linkeroog was helemaal opgezwollen en op en rond zijn slaap, kin, lippen en wangen zaten diverse lelijke schaafwonden.
Hij riep mij op een ochtend nadat hij een feest had gehad om mij te vertellen dat hij die nacht hard van zijn de fiets was gevallen. Helaas voor hem reageerde ik niet zozeer begripvol als wel kwaad vanwege de domme actie om mij bij thuiskomst niet te wekken terwijl ik kijkend naar zijn gezicht me bezorgd afvroeg of er geen hechtingen hadden moeten worden geplaatst. Bovendien was ik geïrriteerd doordat het ongeluk precies zo was gegaan zoals ik al vermoedde: drie knullen fietsen na een feest dronken, lachend en beetje slingerend naar huis totdat ze botsen en er eentje ongelukkig op het asfalt belandt.
Het begrip en de troostende woorden kwamen later wel toen de huisarts ons had gerustgesteld met de mededeling dat het allemaal vanzelf zou herstellen en hij er hooguit een klein littekentje aan over zou houden.
 

Woede en irritatie

Dat ik zo kwaad was, had overigens alles te maken met een veel groter incident van zeven maanden geleden waarbij mijn zoon mij ook niet informeerde op een moment dat dat absoluut had gemoeten. Mijn ex-vrouw was een week op vakantie en mijn zoon vroeg aan mij of hij met "een paar" vrienden op een zaterdagavond in haar huis mocht “chillen” en blijven slapen. Ik vroeg hem of hij dat had kortgesloten met zijn moeder en omdat dat zo was, zei ik dat het goed was.
Een dag later belde mijn zoon mij om één uur ’s middags op om mij te vragen of ik al had gehoord dat het vannacht een “beetje” uit de hand was gelopen. Blijkbaar zou ik dat moeten hebben gehoord van mijn ex die hij net voor mij op de hoogte had gesteld.
Omdat ik merkte dat ik door zijn opmerking en mijn eerst opkomende gedachte dat het mij allemaal niet verbaasde grote woede en irritatie in me voelde opborrelen, was ik zo verstandig om alleen maar te zeggen dat hij eerst maar naar huis moest komen. Dan zou ik zijn verhaal wel rustig proberen aan te horen. Aangezien hij eerst nog het huis van mama moest opruimen, kwam hij uiteindelijk pas tegen vieren thuis waar ik helaas moest constateren dat zijn verhaal nog veel erger was dan ik had verwacht. 
 

Briljante inschatting

Ik vermoedde dat mijn zoon en zijn vrienden - om in pubertaal te spreken - een teringzooi van het huis van mijn ex hadden gemaakt en dat er waarschijnlijk ook wat dingen waren stukgegaan.
De waarheid was echter dat die “paar” “vrienden” ook weer een “paar” vrienden hadden uitgenodigd en mijn zoon uiteindelijk geconfronteerd werd met een project X-achtige situatie (zie column 31) waarbij er rond middernacht een man of vijftig ongenode gasten in en rondom het huis van mijn ex rondliepen.
Natuurlijk was het geen moment in het domme puberbrein van mijn zoon opgekomen om papa even te waarschuwen. Wel was hij zo slim geweest om zijn oudere (eveneens puber) broer te bellen die bij een vriendin was in de hoop dat die even met wat vrienden zou langskomen om de rust te “herstellen”. Of dit de situatie wel of juist niet ten goede was gekomen, zullen we (gelukkig) nooit weten. De broer hoefde uiteindelijk toch niet te komen aangezien mijn jongste zoon de briljante inschatting maakte dat het ergste inmiddels achter de rug was en de mensen nu wel snel zouden vertrekken. Waarmee hij meteen bewees dat als je een risicovolle situatie goed wilt inschatten je maar beter geen puberbrein kunt hebben.
 

Anti-climax

Het feestje eindigde uiteindelijk in een enorme anti-climax waarbij een stel onbekende, ongenode achttienjarige knullen de beste vriend van mijn zoon knock-out sloegen en iedereen zich pijlsnel uit de voeten maakte toen even later de politie arriveerde. Die door een verstandig persoon uit de omgeving (zonder puberbrein) was gebeld.
Gelukkig en vanzelfsprekend was in elk geval wel de vader van de vriend gebeld die zijn zoon linea recta naar het ziekenhuis bracht waar hij uit voorzorg zelfs even op de intensive care (!) moest verblijven. Cru gesteld kun je spreken van een geluk bij een ongeluk dat de jongen er uiteindelijk vanaf kwam met “slechts” een hersenschudding en een gebroken neus.
 

Allergie

Ziedend was ik toen mijn zoon mij dit verhaal vertelde. In de eerste plaats vooral omdat hij mij pas na meer dan twaalf uur na het gebeuren op de hoogte had gesteld van wat er - vooral met zijn vriend - was gebeurd in plaats van mij onmiddellijk te bellen.
En ten tweede omdat hij tijdens zijn verhaal keer op keer in mijn allergie terechtkwam door herhaaldelijk te foeteren op al die knullen die zijn avond verpest hadden en hij daarbij voor het gemak maar even vergat wie ook alweer al deze ellende - bedoeld dan wel onbedoeld - in gang had gezet. 
Van de diverse allergieën die ik tegen mensen heb, is die waarbij men geen of weinig zelfkritiek vertoont misschien wel de grootste. En dat is balen, want mijn God wat geldt dat voor veel mensen op deze aardbol. Reden waarom ik altijd op mijn kinderen zal blijven hameren dat als er iets fout gaat ze altijd in de eerste plaats naar hun eigen rol moeten kijken. Ik heb tien keer liever dat mijn kinderen iets ontzettends doms doen maar daarbij erkennen dat het hun eigen stomme fout was en ze ervan hebben geleerd dan dat ze iets minder stoms doen waarbij ze maar om de hete brei heen draaien en met hun vingertje naar anderen wijzen.
Al vergeet ik hierbij uiteraard niet de verantwoordelijkheid van mijn ex en mij in dit nare incident. Tenslotte hadden wij als eerste gefaald door het plan van mijn zoon goed te keuren. Bovendien had ik die avond even langs kunnen gaan om te checken of alles wel goed ging. Mijn gegeven vertrouwen aan mijn zoon bleek achteraf een domme inschattingsfout te zijn geweest.
 

Kettingreactie

Natuurlijk is achteraf praten altijd makkelijk en besef ik ook heel goed dat wat er was gebeurd wel het laatste was wat mijn zoon wilde. Na de reconstructie van het gebeuren werd mij ook duidelijk dat de grootste fout die hij die avond had gemaakt het uitnodigen van één vage “vriend” was die vervolgens de hele kettingreactie in gang zette met alle vervelende gevolgen van dien.
Door mij voor te stellen wat voor enorme stress mijn zoon die avond moet hebben ervaren toen hij eenmaal door begon te krijgen dat hij geen enkele controle meer over de situatie had, kreeg ik gelukkig ook gewoon medelijden met hem. Al zal ik zijn bewust dan wel onbewuste keuze om zijn vader niet te (willen) bellen altijd ongelofelijk stom en onbegrijpelijk vinden. Hoe verklaarbaar dat misschien ook moge zijn vanuit de aanwezigheid van een oppervlakkig puberbrein.
 

Aandoenlijk

Meest aandoenlijk van alles vond ik toen mijn zoon mij met tranen in zijn ogen vertelde dat hij helemaal in het begin toen het nog rustig was al geen goed gevoel had over de avond en over sommige vage vrienden die hij in zijn huis had toegelaten. Op dat moment was de emotionele gedachte door hem heen gegaan dat als hij nou gewoon zijn vriendinnetje nog had gehad - die het kort daarvoor tot zijn grote verdriet na een jaar had uitgemaakt - hij lekker rustig met haar een film had kunnen kijken. En dat had hij tien keer liever gedaan dan dit.
Ach gossie, bij het aanhoren van deze bekentenis dat deze avond een beetje was bedoeld om het verlies van zijn vriendinnetje te helpen verwerken, sprongen bij mij ook de tranen in de ogen. Ik deed dus maar wat iedere normale ouder in zo'n situatie zou doen: ik omarmde mijn domme maar lieve puberzoon en troostte hem.


Hierna volgt deel 2 (zie column 233).
 
 

Tonko


Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 
 

zondag 17 januari 2016

230. COLUMN SOLLICITEREN, SOLLICITATIE-ADVIEZEN, HET SPEL MEESPELEN OF NIET, JEZELF ZIJN ÉN JEZELF MOOIER VOORDOEN DAN JE BENT, HOOGBEGAAFD, PRIVÉ: "OK, je hebt de baan dus niet"

ONDERWERPEN: SOLLICITEREN - HET SPEL MEESPELEN OF NIET

 

Sollicitatiegesprek

Sinds lange tijd had ik van de week weer eens een sollicitatiegesprek. Het gesprek was tot stand gekomen door een vrouw die mij coacht. Die invloed kon zij uitoefenen omdat ze bij – weliswaar een andere vestiging van - hetzelfde bedrijf werkt van waaruit deze vacature kwam.
Ondanks dat ze me anders wil doen geloven, weet ik heus wel dat ik anders nooit zou zijn uitgenodigd. Dat is niet zozeer cynisch als wel realistisch. Ik weet hoe die dingen gaan.
 

Eerste selectie van cv's

In het algemeen maar met name in economisch mindere tijden zoals nu verloopt de werkwijze waarop vacatures worden ingevuld eigenlijk heel simpel. Ik praat hier overigens over de vacatures die je op internet tegenkomt, want nog altijd worden verreweg de meeste vacatures gewoon via via ingevuld.
Je hebt een vacature geplaatst met een lijst met functie-eisen waaraan de kandidaten moeten voldoen. Vervolgens krijg je een hoop brieven met cv’s binnen waarbij je de brieven voorlopig even opzij schuift. Je maak een eerste selectie op basis van de cv’s waarbij je de kandidaten eruit pikt die het meest aan de functie-eisen voldoen. Dus als je iemand zoekt voor functie A met functie-eisen B en C dan gaat je voorkeur uit naar kandidaten die op dit moment bij een ander bedrijf al functie A met functie-eisen B en C uitoefenen. Dat is wel zo makkelijk en efficiënt want dan kan die kandidaat straks zonder problemen instromen in zijn nieuwe baan.
Pas in economisch florerende tijden waarin het heel moeilijk is om aan personeel te komen, zal men noodgedwongen verder moeten gaan kijken. Dan komen ook kandidaten in beeld die een andere achtergrond hebben en die misschien in functie D hebben gewerkt met functie-eisen E en F.
 

Een hekel aan sollicitatiegesprekken

Naarmate ik ouder word, krijg ik steeds meer een hekel aan sollicitatiegesprekken. Wat niet los gezien kan worden van het simpele feit dat ik om diverse redenen - afwijkend zijn is vermoed ik de belangrijkste - gedurende mijn leven tijdens sollicitatieprocedures waarbij men kon kiezen uit meerdere kandidaten nog nooit ben aangenomen (zie ook column 141).
Waar ik in het dagelijks leven enorm van spelletjes als scrabble of mastermind houd, heb ik voor de rest helemaal niets met alle sociale en politieke spelletjes die er in de wereld worden gespeeld. Het sollicitatiegesprek is daar een van.
Ik kan er lang of kort over praten, maar ik beheers het spel van het solliciteren gewoon niet. En de vraag of ik met mijn bijna vijftig jaar het überhaupt nog zal óf wil gaan beheersen, is een interessante. 
 

Doe jezelf beter voor dan je bent

Om te beginnen is de situatie bij een sollicitatiegesprek natuurlijk nooit gelijkwaardig. De werkgever staat altijd boven de sollicitant. Zij hebben de macht in handen om de eenvoudige reden dat zij iets hebben dat jij (normaal gesproken) graag wilt terwijl zij andersom voor jou zo tien of twintig anderen kunnen krijgen.
Hierdoor kunnen zij heel relaxed het spel aangaan waarbij zij het bewust dan wel onbewust niet zullen nalaten om je door middel van het stellen van lastige vragen te testen om te kijken of jij je in het sollicitatiespel wel goed staande weet te houden. Het is vervolgens aan de sollicitant om het spel zo goed mogelijk mee te spelen door de vragen op zo’n - bij voorkeur sociaal wenselijke - wijze te beantwoorden dat het de goedkeuring van de sollicitatiecommissie kan verdragen.
Iedereen die zich regelmatig begeeft in het wereldje van de sollicitatieprocedures weet dat er een aantal ongeschreven wetten gelden waaraan je je dient te houden om je kansen te behouden en te vergroten: kom op tijd, kleed je netjes, let op je non-verbale communicatie, kijk de anderen aan, stel zelf ook vragen etc.
De meest simpele ongeschreven wet daarvan is er een die bijvoorbeeld ook bij daten geldt (en wie deze wet ontkent, jokt): doe jezelf beter voor dan je bent. Uit eigen ervaring weet ik dat je bij sollicitatietrainingen bijvoorbeeld te horen krijgt dat als je gevraagd wordt naar je negatieve eigenschappen je natuurlijk nooit zomaar je échte negatieve eigenschappen moet opsommen. Je moet dan een zogenaamd “negatieve” eigenschap noemen die ook positief kan worden opgevat. “Ik ben nogal perfectionistisch” is misschien wel het beste en tevens meest sociaal wenselijke antwoord.

Grootste dooddoener onder sollicitatieadviezen

De grootste dooddoener onder de sollicitatieadviezen vind ik wel het advies “Blijf altijd jezelf”, aangezien ik het persoonlijk met geen mogelijkheid voor elkaar krijg om én helemaal mezelf te zijn én mezelf mooier voor te doen dan ik ben.
Natuurlijk kan ik hier meteen een filosofische draai aan geven door de vraag op te werpen wat “jezelf zijn” nou eigenlijk precies inhoudt. Maar dat is een heel ander (lang) verhaal, of discussie beter gezegd.

Een filosofische discussie die ik overigens wel alvast een beetje kan opstarten door het geven van mijn eenvoudige verklaring voor het feit dat veel mensen - in tegenstelling tot mezelf - wel degelijk zowel zichzelf kunnen zijn als zichzelf beter kunnen voordoen dan ze zijn. Als jezelf beter voordoen dan je bent bij jou past, is het onderdeel van wie jij bent en dus ben je gewoon jezelf als je dat doet.
Zo bekeken valt er ook wel wat te zeggen voor de stelling dat je eigenlijk per definitie altijd gewoon jezelf bent. Waarbij ik overigens wel meteen moet toegeven dat ik zelf niet zover wil gaan. Vooral door mijn enorm toegenomen zelfkennis van de laatste jaren vind ik dat ik nu meer mezelf ben dan ooit, met alle voor- en nadelen (zie ook hieronder).
 

Weinig zelfkennis

Niet dat ik nou heel veel sollicitatiegesprekken in mijn leven heb gehad, maar daar waar ik er eentje had, probeerde ik toch altijd in meer of mindere mate het spel maar een beetje tactisch mee te spelen zoals het hoorde. Ik deed dat vooral om twee redenen.
Ten eerste omdat ik heel lang weinig zelfkennis heb gehad en niet doorhad dat ik veel meer afweek van de meeste mensen om mij heen dan ik dacht (zie bijvoorbeeld mijn columns onder de labels "Privé Tonko Achtluik" en "hoogbegaafd").
En ten tweede omdat ik wel zag dat als ik voor mijn gevoel maar eventjes iets meer mezelf was, ik niet goed overkwam en sowieso meteen kansloos was.

Wat hierbij trouwens ook niet hielp, was dat ik nog nooit tijdens een sollicitatiegesprek de intrinsieke motivatie en drang voelde om de betreffende baan koste wat het kost binnen te slepen. Alleen vanwege het geld en om af te zijn van alle onzekerheid hoopte ik op een succesvolle sollicitatie. Iets wat meer mensen zullen hebben die zichzelf slecht kennen en daardoor geneigd zijn om regelmatig de verkeerde te maken... 
Hoe meer ik me iets aantrok van alle tips die ik kreeg over hoe ik mij moest gedragen en waar ik allemaal aan moest denken tijdens een sollicitatiegesprek, hoe vervelender en geforceerder het allemaal overkwam. Bovendien bleef het resultaat toch steeds hetzelfde.
 

In veel humor zit een kern van waarheid

Omdat het spel meespelen mij nooit ergens had gebracht en omdat ik inmiddels gerust durf te stellen dat zelfkennis een van mijn grootste kwaliteiten is geworden, had ik me voorgenomen om het bij dit sollicitatiegesprek anders te gaan doen. En dat lukte. Ik was behoorlijk mezelf (honderd procent is nooit realistisch) met al mijn kwaliteiten én bijbehorende valkuilen. Die ik overigens ook eerlijk benoemde: mijn breedsprakigheid en eigenzinnige karakter kwamen kort aan bod.
Toen ik wegliep was ik trots op mezelf. Iemand die het spel meespeelt omdat dat nu eenmaal bij hem past, moet het doen. Bij mij past het echter niet en dus moest ik het wel op een dag over een andere boeg gaan gooien.
Eenmaal thuiskomend vroeg mijn dochter van twaalf hoe het was gegaan. Vol trots zei ik dat dit ik net mijn eerste sollicitatiegesprek ooit had gehad waarbij ik gewoon mezelf was geweest. Mijn dochter keek me kort aan en merkte droog op: “OK, je hebt de baan dus niet.”
Omdat mijn dochter mijn humor heeft en ik deze opmerking ook zelf zou hebben kunnen gemaakt, moest ik hard lachen. Maar zoals wel vaker geldt, zit er in veel humor een kern van waarheid. Een dag later kreeg ik de afwijzing al. Maar mijn les heb ik wel geleerd: ik ga liever strijdend en mezelf zijnd ten onder dan dat ik ooit nog het spel ga meespelen.
 

Tonko


Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie. 

 

maandag 11 januari 2016

229. COLUMN DAVID BOWIE, OVERLEDEN SEX, DRUGS AND ROCK & ROLL STER, VERNIEUWER, FANS EN LIEFHEBBERS, ACTUALITEIT: Iemand zonder zelfkritiek kan nooit een vernieuwer worden

ONDERWERP: DOOD DAVID BOWIE

 

Verschillend gekleurde ogen

Tjee, David Bowie dood. De man die door een geluk bij een ongeluk - een goede vriend sloeg hem op vijftienjarige leeftijd tijdens een ruzie over een meisje hard op zijn oog - twee verschillend gekleurde ogen leek te hebben, wat later zijn handelsmerk zou worden. Ik zeg “leek” omdat zijn beide ogen gewoon blauw waren. Doordat de pupil van zijn linkeroog door het ongeluk echter niet meer klein kon worden, wekte het de illusie alsof dat oog donkerder was.
Ik zal niet de enige zijn die bij het horen van het nieuws van het overlijden van zo’n enorme sex, drugs and rock & roll ster meteen denkt aan een niet gemiddelde dood: zelfmoord of drugs. “Gelukkig” blijkt Bowie gewoon aan kanker te zijn overleden, maar wist vrijwel niemand van zijn ziekte af. Wel knap om dat als beroemdheid zo goed verborgen weten te houden voor de buitenwereld.
 

John Lennon

Fascinerend om te zien vind ik altijd hoe liefhebbers en vooral fans omgaan met dit soort nieuws. Die zullen vanaf nu - veelal ook uit jeugdsentiment - overal snel op zoek gaan naar het laatste nieuws, achtergrondartikelen, muziek en alles nog meer wat hen maar het prettige bevestigende gevoel geeft van hoe goed David Bowie toch was/is.
Wie nog niet zijn net uitgebrachte nieuwe album “Blackstar” heeft, zal deze onmiddellijk gaan aanschaffen en het Groninger Museum kan met haar tentoonstelling over David Bowie (tot 16 maart 2016) topdagen verwachten. Tja, de een zijn dood…
Het doet me denken aan mezelf toen ik als veertien jarig joch op een ochtend in december 1980 van mijn moeder te horen kreeg dat John Lennon was doodgeschoten. Als goede vriend van Bowie zong en speelde Lennon overigens nog mee op “Fame” (1975), zijn eerste nummer één hit in de Verenigde Staten. Ondanks dat ik de topjaren van David Bowie (zeg rond 1967-1975) net als die van The Beatles (in 1970 gestopt) niet bewust heb meegemaakt, was ik van de laatste toch een groot liefhebber geworden. Om die reden deed het nieuws van Lennons dood mij best veel, al was het alleen maar vanwege het feit dat daarmee een droom over een eventuele comeback van The Beatles definitief de grond in was geboord.
Ik gedroeg me een beetje zoals fans van David Bowie nu ook zullen doen: ik kocht tijdschriften met artikelen over John Lennon en schafte zijn laatste album “Double Fantasy” aan die net als nu bij Bowie net voor zijn dood was uitgebracht. Op dat moment had niemand mij iets negatiefs moeten zeggen over John Lennon of over diens laatste album: over de doden niets dan goeds. Achteraf absurd natuurlijk, want “Double Fantasy” was met name door de bijdragen van Lennons controversiële vrouw Yoko Ono allesbehalve een goede plaat. Wat overigens ook te verwachten was, aangezien in mijn ogen geen enkele individuele Beatle later solo het niveau van de legendarische groep in hun creatieve topjaren 1966-1970 ook maar enigszins heeft weten te benaderen.
 

Heroes

Toch kunnen Bowie-fans gerust zijn: over David Bowie zal ik geen kwaad woord zeggen. Al is het alleen maar vanwege het simpele feit dat ik de man en zijn carrière daarvoor te weinig heb gevolgd.
Wel passeert in mijn auto regelmatig mijn favoriete David Bowie-song “Heroes” en ken ik Bowie in elk geval goed genoeg om te weten dat het een fascinerende man moet zijn geweest. Bowie was een groot deel van zijn leven bezig met onderzoeken, veranderen en vernieuwen. Zowel in zijn muziekcarrière als in zijn privéleven met al zijn verschillende fases op het seksuele vlak (androgyn, homoseksueel, heteroseksueel etc.).
Met al zijn uiteenlopende, steeds vernieuwende muziekstijlen en imago’s zal Bowie het zijn fans overigens niet altijd even makkelijk hebben gemaakt. Al zullen de echte diehardfans natuurlijk beweren alles aan Bowie even geweldig te vinden met als argument dat hij juist briljant was in zijn onnavolgzaamheid.
De echte liefhebbers daarentegen zullen een stuk realistischer reageren door te stellen dat ze de ene muziekfase van Bowie meer konden waarderen dan de andere. Een reden ook waarom ik altijd weinig zal ophebben met het begrip “fan” (zie ook column 121).
In mijn ogen kan het gewoon nooit zo zijn dat je alles aan David Bowie, zeker met zo’n lange en gevarieerde muziekcarrière, maar even goed of geweldig vindt. David Bowie zou het op dit punt ongetwijfeld met mij eens zijn geweest. Want iemand zonder zelfkritiek kan nooit een vernieuwer worden. En dat David Bowie de muziekgeschiedenis in zal gaan als een echte vernieuwer moge duidelijk zijn.

David Bowie, R.I.P.
 

Tonko


Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 

 

donderdag 7 januari 2016

228. COLUMN BILL COSBY, CAMILLE COSBY, VIJFTIG VROUWEN DROGEREN, AANRANDEN EN VERKRACHTEN, VERJARING IN RECHTSPRAAK, DE MATE VAN WAARSCHIJNLIJKHEID, STAND BY YOUR MAN, AFWEERMECHANISME, BLINDE SOFTIES, ONTKENNINGSGEDRAG, JOSEF FRITZL, ACTUALITEIT: Face the truth woman!

ONDERWERPEN: BILL COSBY - CAMILLE COSBY - AFWEERMECHANISME

 

De ideale vader uit The Cosby Show

Ik vraag me af hoe mevrouw Cosby Oudjaar heeft gevierd. Gewoon heel gezellig zoals alle voorgaande jaren of zou de sfeer voor het eerst in meer dan vijftig jaar huwelijk met Bill nu toch anders dan anders zijn geweest.
Inmiddels weten we allemaal dat de voormalig acteur/komiek en echtgenoot van Camille Cosby door ongeveer vijftig vrouwen is aangeklaagd voor seksueel misbruik. De ideale vader uit “The Cosby Show” zou de vrouwen hebben gedrogeerd, aangerand en verkracht.
 

Verjaring

Wat er precies is gebeurd met deze vijftig vrouwen zullen we door een van de domste bedenkels in de geschiedenis van de rechtspraak echter nooit weten. Wie mij één goed argument weet te geven voor het bestaansrecht van het absurde verschijnsel “verjaring” kan ik nu alvast vertellen dat hij ongelijk heeft. Zoals ik al eerder in een column terecht stelde, moet een deugdelijke bewijsvoering het uitgangspunt van elke rechtszaak en eventuele veroordeling zijn en niet de (on)waarschijnlijkheid of die bewijsvoering kan worden gerealiseerd (zie column10).
Helaas voor Bill was er nog één verkrachtingszaak uit 2004 die “pas” afgelopen 2 januari 2016 verjaarde waardoor het openbaar ministerie nog net op het nippertje in de laatste week van 2015 een officiële aanklacht tegen de acteur wist in te dienen. Komende week zal Bill Cosby hiervoor alsnog voor het gerecht moeten verschijnen.
 

De mate van waarschijnlijkheid

Natuurlijk valt er een hoop te zeggen voor het uitgangspunt dat iemand onschuldig is totdat het tegendeel is bewezen. Aan de andere kant ontkom je zeker hier - met dank aan de onnozele verjaring - er niet aan om te kijken naar de mate van waarschijnlijkheid. Hoe waarschijnlijk is het dat vijftig vrouwen zich melden met een compleet uit hun duim gezogen verhaal dat Bill Cosby hen zou hebben gedrogeerd, aangerand en verkracht?
Natuurlijk: theoretisch kan dit. Net als dat het theoretisch had gekund dat alle voormalige ploegmaten van Lance Armstrong hun dopinggebruik en dat van hun kopman van A tot Z hadden verzonnen. Maar of het ook waarschijnlijk is, is een heel ander verhaal.
Al wil ik hierbij nog wel benadrukken dat ik de mogelijkheid niet uitsluit dat er onder de vijftig vrouwen ook geldbeluste dames zullen zitten die hopen mee te kunnen liften op het “succes” van de échte slachtoffers.
 

De klassieke Stand-by-Your-Man vrouw

Er voor het gemak even van uitgaande dat de meeste van de vijftig vrouwen daadwerkelijk “gewoon” door Bill Cosby zijn gedrogeerd, aangerand en/of verkracht en we dus met een echte serieverkrachter te maken hebben, vind ik hem gek genoeg niet eens het meest interessant. Veel fascinerender vind ik de rol die zijn vrouw Camille inneemt in deze zaak.  
Tot nu toe (al zijn er inmiddels geruchten dat het huwelijk op springen staat) lijkt Camille zich te profileren als de klassieke All-American “Stand by Your Man”-vrouw door voor honderd procent achter Bill te blijven staan.

Yeah, that’s the spirit woman: je man wordt door vijftig vrouwen beschuldigd van drogering, aanranding en verkrachting maar jij laat je niet uit het veld slaan. Simpelweg omdat je van hem houdt, blijf je hem door dik en dun steunen. Dat is nog eens ware liefde. Je trouwt niet voor niets in voor- en tegenspoed zullen we maar zeggen.
Vreemd aan het geheel is echter dat Camille allesbehalve bekend schijnt te staan als een - excusez le mot - slaafse vrouw die nederig en onderdanig haar man achterna loopt. Als hoogopgeleide vrouw en directe afstammeling van de moeder van Abraham Lincoln is Camille in de rol van manager voor een niet onbelangrijk deel medeverantwoordelijk geweest voor het grote succes van haar man. Waarbij steeds opviel dat zij veel harder en gehaaider was dan manlief Bill.
 

Afweermechanisme

Maar hard of niet, wat mij altijd blijft verbazen bij dit soort vrouwen is dat als het op de liefde aankomt ze opeens blinde softies (willen) zijn. Ondanks dat ik hoop ervan uit te mogen gaan dat Camille nooit heeft afgeweten van de verkrachtingspraktijken van haar man, moet zij in elk geval wel op de hoogte zijn geweest van het feit dat haar man regelmatig achter de vrouwtjes aanzat aangezien dat algemeen bekend was.
Dit afweermechanisme waarbij de realiteit te pijnlijk is om te accepteren en daarom maar wordt onderdrukt en ontkend, is een fascinerend psychologisch verschijnsel. Ergste voorbeelden van dit soort afschuwelijk gedrag vind ik moeders van kinderen die jarenlang door de vader seksueel zijn misbruikt en die maar bleven volhouden dat zij nergens vanaf wisten. Meest lugubere verhaal is natuurlijk dat van Rosemarie Fritzl, moeder van zeven kinderen en de vrouw van de beruchte Oostenrijker Josef Fritzl.
 

Josef Fritzl

Josef Fritzl bouwt op een dag een grote kelder/woonruimte onder zijn huis, sluit zijn achttienjarige dochter Elisabeth er 24 jaar (!) lang in op, misbruikt haar er seksueel wanneer het hem uitkomt, verwekt bij zijn dochter zeven (klein) kinderen waarvan één zoon bij de geboorte overlijdt, twee zoons en een dochter beneden in de kelder blijven en twee dochters en een zoon in het gezin boven worden opgenomen. Om het verhaal geloofwaardig (?) te maken, verzint Josef dat Elisabeth zich bij een sekte heeft aangesloten en dat zij haar drie kinderen voor haar ouders huis te vondeling heeft gelegd. Door briefjes die hij Elisabeth heeft laten schrijven, weet hij zijn verhaal te onderbouwen.
En Rosemarie? Tja, die wist natuurlijk helemaal niets van al die ellende die 24 jaar lang een paar meter onder haar voeten had plaatsgevonden. Dat haar man na tien jaar huwelijk al eens een jaar in de gevangenis had moeten doorbrengen omdat hij was veroordeeld voor verkrachting van een jonge vrouw was voor haar blijkbaar ook geen reden geweest om aan hem te twijfelen laat staan van hem te scheiden (wat ik persoonlijk zou doen).
Geloofwaardig of niet? Ik ben overtuigd van het laatste. En als ik gelijk heb, zou je je bij wijze van spreken nog kunnen gaan afvragen wie erger is: het monster Josef Fritzl of zijn vrouw die om wat voor reden dan ook zijn daden oogluikend toestond. 
 

Een hekel aan ontkenningsgedrag

Waar Rosemarie nog het excuus heeft een simpele vrouw te zijn, geldt dit echter niet voor Camille Cosby. Maar ik herhaal dat ik er gif op durf in te nemen dat de dames als grote overeenkomst hebben dat zij beiden drommels goed hebben geweten dat er - heel zachtjes gezegd - iets niet helemaal klopte aan hun man. En dan mag je je zoals Camille wel naar de buitenwereld toe profileren als een sterke vrouw, maar dan ben je dat natuurlijk allerminst.
Ik heb een gruwelijke hekel aan ontkenningsgedrag. De realiteit onder ogen komen, accepteren en de consequenties ervan aanvaarden beschouw ik als een teken van kracht. Mijn kinderen zijn gewaarschuwd: mochten ze later “besluiten” om serieverkrachter of crimineel te worden dan zal ik ze zeker blijven steunen. Maar dan vooral in het proces van het accepteren van de consequenties van hun gedrag. Precies wat Camille ook zou moeten doen. Face the truth woman!


Tonko


Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.

 
Bill Cosby (zo te zien in betere tijden...)