Privé - Familie/Gezin - Humor - Filosofie - DNA
Mijn zoon heeft mijn humor
“Met jouw humor kun je cabaretier worden” zei de juf tegen mijn zoon na zijn optreden tijdens de bonte avond van het schoolkamp. Behalve dat ze om hem moest lachen, doelde ze hiermee op het feit dat hij niet lachte om zijn eigen grappen.
Mijn zoon heeft mijn humor zeg ik niet zonder trots. Dat zie ik al jarenlang, maar onlangs trok hij die conclusie zelf ook. “Ik merk dat ik meer jouw humor heb dan die van mama.” Leuk om te horen en niet erg voor mama, want zijn moeder heeft weer andere kwaliteiten. Althans daar ga ik voor het gemak maar even van uit... Over humor gesproken. Nee hoor, dat is iets wat ik sowieso regelmatig benadruk naar mijn kinderen toe. Sommige kwaliteiten hebben ze van mama en andere van mij en de rest (er blijft gelukkig genoeg over) hebben ze van zichzelf.
Ongeschreven blad
Zelf geloof ik erg in de werking van genen. Kijk maar naar een willekeurig kind en zijn ouders en je ziet een heleboel overeenkomsten. Al is dat in de wetenschap zo langzamerhand steeds minder een geloof als wel een feit. De “nature” lijkt het daarin steeds meer te winnen van de “nurture”.
Het is haast onvoorstelbaar te bedenken dat veel mensen in navolging van filosofen als Aristoteles, Thomas van Aquino en John Locke, nog in de jaren zestig dachten dat een kind als een ongeschreven blad ("tabula rasa" = effen, lege plank) op de wereld kwam.
Kijkend naar mijn kinderen wordt mijn “geloof” in genen met de jaren ook steeds sterker. Waar ik vroeger bijvoorbeeld dacht dat mijn oudste zoon vooral op mij leek, zie ik bij hem nu ook steeds meer eigenschappen en kwaliteiten van zijn moeder terug. Wat mede verklaart waarom wij af en toe met elkaar botsen en ik daarbij patronen herken vanuit mijn gestrande huwelijk met zijn moeder/mijn ex. Niet vreemd en helemaal niets mis mee, want zo hoort het natuurlijk ook: kinderen zijn het "product" van twee ouders en zullen daarom altijd iets van beiden in zich hebben.
Je moet meer je humor gebruiken
Maar de humor heeft mijn (jongste) zoon dus van mij en ik vertelde hem dat hij dit compliment van zijn juf moest onthouden. “Humor is ook een kwaliteit! Vergeet dat nooit!” sprak ik hem plechtig toe.
Ik spreek uit ervaring, want lang geleden zei iemand ooit hetzelfde tegen me tijdens een sollicitatietraining: “Jij moet veel meer je humor gebruiken, want dat is een kwaliteit van je”. Ik had beter moeten luisteren naar die man, want eigenlijk heb ik met dit advies te weinig gedaan. Eén gebeurtenis schiet me te binnen waarbij ik mijn humor wél goed heb gebruikt.
Dertien-in-het-dozijn toespraakjes
Jaren geleden moest ik een toespraak houden op mijn werk. Tijdens de presentatie van een project waarvoor elke afdeling één spreker moest “aanleveren”. Ik was dus de gelukkige namens mijn afdeling. De dag voor de presentatie hadden alle sprekers een generale repetitie. Hierbij oreerden we allemaal onze dertien-in-het-dozijn toespraakjes aan elkaar om er zeker van te zijn dat er zich straks niemand per ongeluk zou vermaken tijdens de presentatie.
Die avond lag ik in mijn bed erover na te denken en ik was niet bepaald tevreden. Ik heb zelf niets met al die cliché toespraakjes. De gemiddelde zakelijke speech vind ik saai en nietszeggend met een hoog interessantdoenerijgehalte.
Slaapverwekkende, inhoudsloze woorden als resultaatgericht, flexibel, innovatief, dynamisch en proactief vliegen je om de oren en geven je een dankbaar gevoel dat je in elk geval twee van deze organen hebt. Inderdaad: één voor "in" en één voor "uit". Niet voor niets kom je dit soort woorden, behalve in vrijwel elke vacature, vooral tegen in elke taalergernis top tien.
Een boeiende speech houden is een kunst die maar zeer weinig mensen beheersen. Maar wellicht ben ik heel kritisch. Ik ben zelfs vaak niet onder de indruk van sprekers waar veel mensen wel enthousiast over zijn. Zo had Adolf Hitler toch echt een probleem gehad als iedereen zo op zijn speeches had gereageerd als ik dat zou hebben gedaan. Had een Wereldoorlogje gescheeld en pakweg 55 miljoen doden.
Slaapverwekkende, inhoudsloze woorden als resultaatgericht, flexibel, innovatief, dynamisch en proactief vliegen je om de oren en geven je een dankbaar gevoel dat je in elk geval twee van deze organen hebt. Inderdaad: één voor "in" en één voor "uit". Niet voor niets kom je dit soort woorden, behalve in vrijwel elke vacature, vooral tegen in elke taalergernis top tien.
Een boeiende speech houden is een kunst die maar zeer weinig mensen beheersen. Maar wellicht ben ik heel kritisch. Ik ben zelfs vaak niet onder de indruk van sprekers waar veel mensen wel enthousiast over zijn. Zo had Adolf Hitler toch echt een probleem gehad als iedereen zo op zijn speeches had gereageerd als ik dat zou hebben gedaan. Had een Wereldoorlogje gescheeld en pakweg 55 miljoen doden.
Mijn beste prestatie
Hoe meer ik erover nadacht, hoe meer ik besefte dat ik het anders wilde gaan doen. Overigens ook een kwaliteit van me waar ik me altijd te weinig bewust van ben geweest: anders zijn. Wil iemand mijn aandacht trekken en vasthouden bij een toespraak dan zal hij behalve een goed verhaal ook humor moeten gebruiken. Dus die nacht bedacht ik nog even snel een nieuwe toespraak mét humor.
Eind van het verhaal is dat ik de volgende dag mijn praatje hield en ik in mijn leven nog nooit zoveel complimenten heb gekregen als voor die tien minuten. Of dat een goed of slecht teken is, laat ik even in het midden.
Wel is het veelzeggend dat ik deze speech beschouw als mijn beste prestatie in de bijna tien jaar dat ik daar heb gewerkt. Niet omdat het me in mijn werk veel heeft opgeleverd (sterker, anderhalf jaar later was ik er gewoon ontslagen). Niet omdat de speech zo briljant was of zo. Ik hield me in en het had allemaal veel losser en beter gekund. Maar vooral omdat het voor mezelf een soort overwinning was en een les die ik weliswaar al lang kende maar nog veel te weinig had toegepast: wees altijd jezelf. En geloof in jezelf.
Want behalve dat humor een kwaliteit van me is, is afwijkend en anders zijn dat ook. Alleen zit er helaas nog altijd een groot verschil tussen iets weten en het ook daadwerkelijk in de praktijk (durven) toepassen. Daarvoor heb je lef en zelfvertrouwen nodig. Kwaliteiten die ik zeker vroeger een stuk minder had, inmiddels gelukkig wel steeds meer heb maar die nog steeds voor verbetering vatbaar zijn.
Want behalve dat humor een kwaliteit van me is, is afwijkend en anders zijn dat ook. Alleen zit er helaas nog altijd een groot verschil tussen iets weten en het ook daadwerkelijk in de praktijk (durven) toepassen. Daarvoor heb je lef en zelfvertrouwen nodig. Kwaliteiten die ik zeker vroeger een stuk minder had, inmiddels gelukkig wel steeds meer heb maar die nog steeds voor verbetering vatbaar zijn.
Levensles zoveel voor mijn kinderen. Het rijtje wordt steeds langer. Met dank aan de juf waarvan mijn aankomende puberzoon misschien wel meer zal aannemen dan van zijn wijsneuzerige papa.
Tonko
Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.
Afbeelding: Tonko
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten