TERUGKEER WOLF - SPIELBERG EN JAWS - FILOSOOF BAS HARING
Vrees van alle dieren op aarde de mens het meest
Tussen alle ellende in het nieuws zit er af en toe iets bij waar ik echt blij van word: de wolf is terug in Nederland. Helaas was mijn blijdschap van korte duur. Niet zozeer omdat het beest eenmaal in Nederland aangekomen meteen leek te zijn doodgereden door een automobilist die de wolf een eenmalige les leerde: vrees van alle dieren op aarde de mens altijd het meest. Maar vooral omdat inmiddels het vermoeden is gerezen dat het hier gaat om een practical joke van Oost-Europeanen die de dode wolf bij wijze van grap langs de weg zouden hebben neergelegd.
Ik vraag me af wie de humor hiervan inziet. Een Geert Wilders vermoedelijk niet, want die zal met dit nieuws ongetwijfeld zijn beeld bevestigd zien dat alle Oost-Europeanen oplichters zijn (uitgezonderd zijn eigen vrouw dan mag ik hopen). Maar de VVD bewijst dat er meer domme politici rondlopen: de partij liet al snel weten dat als er binnenkort in Nederland wolven komen wonen er serieus moet worden overwogen om deze dieren af te schieten. Wellicht dat ze bang zijn voor krassen op hun BMW of zo.
Geloven in sprookjes
Wolven zijn echter schuwe dieren en hebben sinds hun terugkeer in buurland Duitsland nog geen mens aangevallen. Mensen hebben nog altijd meer te vrezen van bijtgrage honden en vooral van het gevaarlijkste ras ter wereld dat deze bijtertjes op de wereld heeft gezet: het eigen mensenras (zie column 12).
Blijkbaar zijn VVD’ers meer geneigd om sprookjes te geloven dan bijvoorbeeld hun PvdA-collega’s die geen problemen hebben met een terugkeer van de wolf. Met dank aan traditionele sprookjes als Roodkapje en De Wolf en de zeven geitjes heeft de wolf tenslotte (onterecht) een zeer negatief imago verworven.
Blijkbaar zijn VVD’ers meer geneigd om sprookjes te geloven dan bijvoorbeeld hun PvdA-collega’s die geen problemen hebben met een terugkeer van de wolf. Met dank aan traditionele sprookjes als Roodkapje en De Wolf en de zeven geitjes heeft de wolf tenslotte (onterecht) een zeer negatief imago verworven.
Een negatief imago kan dodelijk zijn voor een dier
Een negatief imago kan letterlijk dodelijk zijn voor een dier. Zo vraag ik me wel eens af of de wereldberoemde regisseur Steven Spielberg spijt zal hebben van het maken van zijn kaskraker “Jaws” (1975).
Want behalve dat Spielberg verantwoordelijk is voor het maken van diverse wereldberoemde films als “E.T.” en “Schindler’s List” is hij door “Jaws” - hoe onbedoeld en indirect dan ook - tevens medeverantwoordelijk voor de moord op vele honderden miljoenen haaien.
Sinds “Jaws” de haai het negatieve imago meegaf als bloeddorstige killer is het haaienbestand niet toevallig met zeventig procent afgenomen. Terwijl kenners weten dat van de vierhonderd haaiensoorten hooguit één procent gevaarlijk kan zijn voor de mens. Waar in 2011 een record aantal van twaalf mensen door haaien werd gedood, is de wraak van de mens zoet: naar schatting worden jaarlijks honderd miljoen (!) haaien door mensen omgebracht. De witte Jaws-haai behoort inmiddels tot een van de meest bedreigde diersoorten ter wereld.
Want behalve dat Spielberg verantwoordelijk is voor het maken van diverse wereldberoemde films als “E.T.” en “Schindler’s List” is hij door “Jaws” - hoe onbedoeld en indirect dan ook - tevens medeverantwoordelijk voor de moord op vele honderden miljoenen haaien.
Sinds “Jaws” de haai het negatieve imago meegaf als bloeddorstige killer is het haaienbestand niet toevallig met zeventig procent afgenomen. Terwijl kenners weten dat van de vierhonderd haaiensoorten hooguit één procent gevaarlijk kan zijn voor de mens. Waar in 2011 een record aantal van twaalf mensen door haaien werd gedood, is de wraak van de mens zoet: naar schatting worden jaarlijks honderd miljoen (!) haaien door mensen omgebracht. De witte Jaws-haai behoort inmiddels tot een van de meest bedreigde diersoorten ter wereld.
Naschrift: in een interview in 2022 met de BBC heeft Spielberg inderdaad aangegeven dat hij het betreurt dat zijn film zo'n negatieve impact heeft gehad op de haaienpopulatie.
Dat alles in de natuur een functie heeft is een misvatting
Natuurlijk kun je je net als de Nederlandse filosoof Bas Haring in zijn boek “Plastic Panda’s” (2011) afvragen of het nou zo erg is dat bepaalde dieren uitsterven. Ook cabaretier Herman Finkers heeft zo zijn bedenkingen: “Het aantal bedreigde diersoorten neemt hand over hand toe. Er is zelfs sprake van een enorme plaag.”
Haring kan best een punt hebben in zijn standpunt dat het een grote misvatting is dat alles in de natuur een functie heeft en het er dus niet voor niets zal zijn. En tja, als hij gelijk heeft dan is dat wel een heel wijdverbreide misvatting. Kijk alleen al naar al die miljarden religieuze en spirituele mensen die van mening zijn dat hun eigen soort héél bijzonder en uniek is en dat ze dus wel met een functie, reden en/of doel op de wereld moeten zijn gezet.
Zelf geloof ik daar overigens niet in. In mijn visie bestaat het leven voor het grootste deel gewoon uit willekeur, geluk en pech. Maar de meeste mensen zullen deze visie alleen al uit zelfbescherming nooit kunnen en willen accepteren, omdat het natuurlijk een hele beangstigende gedachte is dat het leven op zich compleet zinloos is. De voorkeur geven aan een leven waarin - in meer of mindere mate - krampachtig wordt gezocht naar een bepaalde orde, logica én zin, vind ik dan ook niet zo vreemd (zie ook column 52).
Haring kan best een punt hebben in zijn standpunt dat het een grote misvatting is dat alles in de natuur een functie heeft en het er dus niet voor niets zal zijn. En tja, als hij gelijk heeft dan is dat wel een heel wijdverbreide misvatting. Kijk alleen al naar al die miljarden religieuze en spirituele mensen die van mening zijn dat hun eigen soort héél bijzonder en uniek is en dat ze dus wel met een functie, reden en/of doel op de wereld moeten zijn gezet.
Zelf geloof ik daar overigens niet in. In mijn visie bestaat het leven voor het grootste deel gewoon uit willekeur, geluk en pech. Maar de meeste mensen zullen deze visie alleen al uit zelfbescherming nooit kunnen en willen accepteren, omdat het natuurlijk een hele beangstigende gedachte is dat het leven op zich compleet zinloos is. De voorkeur geven aan een leven waarin - in meer of mindere mate - krampachtig wordt gezocht naar een bepaalde orde, logica én zin, vind ik dan ook niet zo vreemd (zie ook column 52).
In dit opzicht kan ik dus met de gedachtegang van Haring mee dat er in de natuur soms dingen zijn simpelweg omdat ze er zijn en niet omdat ze een bepaald nut zouden hebben. Dat hierdoor volgens de filosoof dan ook diverse diersoorten “gerust” kunnen uitsterven zonder dat dit ernstige gevolgen heeft voor het ecosysteem, betwijfel ik echter. En wel om de eenvoudige reden dat ecosystemen heel complex zijn. Hierdoor kunnen de gevolgen van het uitsterven van een bepaald diersoort op het eerste oog niet waarneembaar zijn, maar op de langere termijn wel. Bijvoorbeeld door factoren die indirect invloed uitoefenen, maar waar totaal niet aan gedacht is.
Twee redenen waarom uitsterven diersoorten wel erg is
Waar ik zeker met Bas Haring over van mening verschil is de vraag of we het uitsterven van diersoorten zo erg moeten vinden. In tegenstelling tot Haring vind ik dat wel degelijk verschrikkelijk en wel om twee redenen.
Ten eerste omdat ik ervan walg dat de mens haar superieure positie op deze aarde meent te moeten gebruiken en misbruiken om vanuit puur egoïstische motieven en zonder enkele noodzaak natuur en dier(soorten) te gaan vernietigen en uit te roeien. Dieren (en planten en natuur) hebben evenveel bestaansrecht als mensen, punt.
Daarnaast was de wolf veel eerder in Europa - en dus ook in Nederland - dan de mens. En niet zo'n klein beetje eerder ook. Noem dit maar het recht van de eerste! Daar waar de eerste wolven al miljoenen jaren geleden hier aankwamen tijdens het Pleistoceen, verschenen de eerste moderne mensen (Homo sapiens) pas zo'n 50.000 jaar geleden.
Hoe willekeurig het leven ook mag zijn, heeft er in de natuur altijd een bepaald evenwicht bestaan dat in feite alleen maar door de mens dramatisch is verstoord. En dat vind ik een kwade en kwalijke zaak.
De tweede reden is - over het ego gesproken - een esthetische reden: ik heb iets met dieren en vind bijvoorbeeld haaien, tijgers en wolven zulke prachtige beesten dat ik het doodzonde zou vinden als die er op een dag niet meer zouden zijn.
De vraag over een eventueel nut van deze dieren vind ik hierbij irrelevant. Het is een puur esthetische kwestie en ik ben de eerste die toegeeft dat dit ontzettend oppervlakkig en subjectief is. Als variant op de Calvé Pindakaas reclame "Ik vind het gewoon lekker" kan ik er niet veel meer van maken dan: ik vind (bepaalde) dieren gewoon mooi.
Dat mensen meer empathie voelen voor charismatische diersoorten die als schattig, mooi of aaibaar worden gezien, is overigens een bekend fenomeen. Ook dáárin ben ik helaas niet uniek. Om die reden worden dieren als panda's, dolfijnen en tijgers natuurlijk ook veel eerder gebruikt in campagnes van natuurbeschermingsorganisaties dan minder aantrekkelijke diersoorten als reptielen, insecten of vissen. Wat wel een groot probleem is, aangezien er onder de minder aantrekkelijke dieren soorten zitten die essentieel zijn voor ecosystemen en die dus veel meer aandacht verdienen, zoals bijvoorbeeld bijen, mieren, gieren, steuren, kikkers en padden.
Ten eerste omdat ik ervan walg dat de mens haar superieure positie op deze aarde meent te moeten gebruiken en misbruiken om vanuit puur egoïstische motieven en zonder enkele noodzaak natuur en dier(soorten) te gaan vernietigen en uit te roeien. Dieren (en planten en natuur) hebben evenveel bestaansrecht als mensen, punt.
Daarnaast was de wolf veel eerder in Europa - en dus ook in Nederland - dan de mens. En niet zo'n klein beetje eerder ook. Noem dit maar het recht van de eerste! Daar waar de eerste wolven al miljoenen jaren geleden hier aankwamen tijdens het Pleistoceen, verschenen de eerste moderne mensen (Homo sapiens) pas zo'n 50.000 jaar geleden.
Hoe willekeurig het leven ook mag zijn, heeft er in de natuur altijd een bepaald evenwicht bestaan dat in feite alleen maar door de mens dramatisch is verstoord. En dat vind ik een kwade en kwalijke zaak.
De tweede reden is - over het ego gesproken - een esthetische reden: ik heb iets met dieren en vind bijvoorbeeld haaien, tijgers en wolven zulke prachtige beesten dat ik het doodzonde zou vinden als die er op een dag niet meer zouden zijn.
De vraag over een eventueel nut van deze dieren vind ik hierbij irrelevant. Het is een puur esthetische kwestie en ik ben de eerste die toegeeft dat dit ontzettend oppervlakkig en subjectief is. Als variant op de Calvé Pindakaas reclame "Ik vind het gewoon lekker" kan ik er niet veel meer van maken dan: ik vind (bepaalde) dieren gewoon mooi.
Dat mensen meer empathie voelen voor charismatische diersoorten die als schattig, mooi of aaibaar worden gezien, is overigens een bekend fenomeen. Ook dáárin ben ik helaas niet uniek. Om die reden worden dieren als panda's, dolfijnen en tijgers natuurlijk ook veel eerder gebruikt in campagnes van natuurbeschermingsorganisaties dan minder aantrekkelijke diersoorten als reptielen, insecten of vissen. Wat wel een groot probleem is, aangezien er onder de minder aantrekkelijke dieren soorten zitten die essentieel zijn voor ecosystemen en die dus veel meer aandacht verdienen, zoals bijvoorbeeld bijen, mieren, gieren, steuren, kikkers en padden.
Ik kijk uit naar de comeback van de wolf in Nederland. Sinds de opmars van de wolf in Duitsland de afgelopen decennia is het niet meer de vraag of hij komt, maar wanneer. Elke keer als ik de Donald Duck lees, blijkt weer hoe pro-wolf ik ben: ik blijf de hoop hebben dat Midas op een dag eindelijk die irritante Knor en zijn broertjes te pakken krijgt. De VVD heeft vast wel suggesties hoe.
Tonko
Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.
De grote boze wolf Midas (foto Tonko uit de Donald Duck)
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten