Actualiteit en privé - Familie/Gezin - Sport
Geweldig om beroemd te zijn
Net als bijna de helft van alle gestarte Nederlandse wielrenners
hield ook Robert Geesink het onlangs in de Tour de France voor gezien. Waardoor de Tour van Geesink net als die van een jaar geleden eindigde in een deceptie. Een glimlach kon ik
niet onderdrukken bij het horen van dit nieuws. Maar dat heeft een reden.
Twee jaar geleden begon de Tour in Nederland en werd Geesink knap zesde in het eindklassement. Of vijfde moet ik nu zeggen, want inmiddels is de toenmalige winnaar Contador door dopinggebruik uit de uitslagenlijst geschrapt (zie column 3). En wellicht wordt Geesink op deze manier zelfs ooit - met terugwerkende kracht - Tourwinnaar. Je weet maar nooit.
Twee jaar geleden begon de Tour in Nederland en werd Geesink knap zesde in het eindklassement. Of vijfde moet ik nu zeggen, want inmiddels is de toenmalige winnaar Contador door dopinggebruik uit de uitslagenlijst geschrapt (zie column 3). En wellicht wordt Geesink op deze manier zelfs ooit - met terugwerkende kracht - Tourwinnaar. Je weet maar nooit.
Met
mijn jongste zoon was ik destijds naar de Tour-proloog in Rotterdam geweest. Na die Tour van 2010 besloot ik met mijn oudste zoon naar het wielercriterium in Stiphout te gaan.
Niet dat hij een groot liefhebber van wielrennen is. Zeker niet. Maar hij heeft
iets met beroemde mensen. Het lijkt hem geweldig om beroemd te zijn zoals zijn
voorbeeld Johnny Depp: “Dan ben je rijk en vindt iedereen je aardig.”
Als je wint, heb je vrienden
Ik zou Tonko (en zijn vader) niet zijn als ik hem niet zou vertellen dat dat niet zo simpel ligt en dat beroemd zijn ook zijn
nadelen heeft. Tenslotte heeft ieder
voordeel ook zijn nadelen en is bewonderen sowieso niet mijn ding (zie column 7).
Niets is zo betrekkelijk en vergankelijk als faam en roem: “What goes up, must go down.” Dus vertel ik
hem bijvoorbeeld het verhaal van de niet zo snuggere bokser Mike Tyson. Ik vermoed trouwens dat Tyson al niet snugger was voordat hij ging boksen. Wat niet handig is, aangezien de klappen die je incasseert bij boksen je IQ nou ook niet bepaald verhogen. Op het
toppunt van zijn carrière had Tyson een enorme vriendenkring waarnaar hij
ontzettend gul was. Toen hij echter een paar jaar later aan de grond zat,
bleken tot zijn grote verbazing al zijn “vrienden” opeens als sneeuw voor de zon te zijn verdwenen. Hij
begreep er helemaal niets van. Over hoe naïef een mens kan zijn... “Als je wint, heb je
vrienden” zongen Herman Brood en Henny Vrienten niet voor niets al in 1984.
Harry Potter
Ik sla wel eens door in mijn verhalen. Dan vertel ik mijn zoon dat je om
beroemd te worden behalve talent en doorzettingsvermogen ook nog geluk nodig
hebt. En dat er achter elke Johnny Depp tien andere “Johnny Depps” zitten die het
niet gered hebben. Niet omdat ze minder talent en doorzettingsvermogen hadden dan
de echte Johnny Depp, maar simpelweg omdat ze net even dat geluk ontbeerden dat
nodig was om eruit gepikt te worden.
Zo vermoed ik dat er momenteel ergens in
Engeland een onbekend jongetje rondloopt dat tijdens de auditie voor de
hoofdrol van de Harry Potter-films de nummer twee was na de uiteindelijke
winnaar Daniel Radcliffe. Of hoe klein het verschil tussen onbekend en beroemd
soms kan zijn (in euro’s echter - op dit moment - ongeveer veertig miljoen).
Anti-climax van hier tot gunter
“Het lijkt wel of je
niet wilt dat ik fan ben van Johnny Depp” riep mijn zoon een keer. Hij had
gelijk. In mijn enthousiasme sla ik soms door met mijn “levenslessen” en
vergeet ik hem gewoon lekker kind te laten zijn.
Toen ik mijn zoon verteld had over Geesink en zijn prestaties wist hij dat dat
de "beroemdheid" was waarvan hij een handtekening wilde hebben. Na de wielrenners
een aantal uren saai om de kerk te hebben zien fietsen, was het moment eindelijk
daar. Mijn zoon stond met pen en papier klaar om voor het eerst van zijn leven
een handtekening van een “beroemdheid” te krijgen.
Daar kwam Geesink aan op
zijn fiets… daar passeerde hij ons... en daar verdween hij als een fietsende dief
in de nacht heel snel uit zicht. Zonder in de remmen te knijpen. Zonder enige
aandacht te schenken aan het groepje kinderen dat de hele avond op dit ene
moment had gewacht. Een anti-climax van hier tot gunter.
Mijn broek zakte af
Mijn zoon kreeg tranen in zijn ogen. Mijn broek zakte af
van de arrogantie van deze verwende snotaap. Wat dacht ie wel. Ik weet ongeveer
wat een bekende wielrenner vangt per criterium en het minste wat je daarvoor van
zo’n geldwolf terug mag verwachten is dat hij zijn jonge fans bedankt met
wat aandacht en handtekeningen.
Het heeft ook met (een gebrek aan) inlevingsvermogen
te maken. Van iemand als Geesink mag je toch verwachten dat hij zelf als klein
jongetje ook wielerhelden had waartegen hij opkeek. Hoe zou hij het hebben gevonden als zijn idool zo deed?
Ik schrijf nooit klachten naar instanties, maar voor alles is een eerste keer. Op
mijn boze mail reageerde de Rabobank met het sturen van een stom PR-pakketje. Maar het maakt niet uit. Als gerechtigheid
bestaat,
zal Geesink het weten. Nooit meer zal
hij het niveau van toen halen. Nooit meer komt hij zelfs in de buurt. Altijd
zal hij zich blijven afvragen waar het mis is gegaan…
Alleen ik weet het. Stiphout, dinsdag 27 juli 2010 rond 22.40. De fout van zijn leven.