ONDERWERPEN: ARISTOTELES - DRIE SOORTEN VRIENDSCHAPPEN
Rand van de maatschappij
Een nieuwe man in mijn filosofiegroep vertelde me dat de
meeste vrienden van hem mensen zijn die ergens aan de rand van de maatschappij
leven. Ze hebben geen cent te makken, maar je verveelt je geen moment met ze aangezien
ze met de meest interessante verhalen en onderwerpen komen, aldus deze man.
Ik herken hier wel wat in. Afgezien nog van mijn gevoel dat
ik qua profiel niet zou misstaan in zijn vriendenkring. Daarbij voor het gemak er
maar even van uitgaande dat ik ook iemand ben die wel wat interessants te
melden heeft …
Brainwash-festival
Niet dat al mijn vrienden aan de rand van de samenleving
leven. Al klinkt dat alsof ik zoveel vrienden heb, wat niet het geval is. En
misschien heb ik er zelfs nog minder dan ik besef. Een gedachte die in me
opkwam eind oktober tijdens het filosofisch Brainwash-festival in Amsterdam.
Waarvoor ik overigens wel door een vriend (!) was uitgenodigd.
Filosoof Lammert Kamphuis
Eén van de lezingen die we bijwoonden, was die over
vriendschap van filosoof en theoloog Lammert Kamphuis: “How to be a better friend”.
Kamphuis vertelde onder andere dat de Griekse filosoof Aristoteles al
onderscheid maakte tussen drie soorten vriendschappen: je hebt vrienden die een
nut hebben (je kunt ze ergens voor gebruiken), vrienden waarmee je plezier
maakt en hobby’s deelt en tenslotte heb je nog je ware vrienden. Zowel voor
Aristoteles als voor zijn leraar Plato was vriendschap gebaseerd op de
ontdekking van gelijkheid (soort zoekt soort).
Ware vriendschap
Verschil tussen de eerste twee en de laatste is dat vriendschappen
die zijn gebaseerd op een nut of een gezamenlijke hobby zullen verdwijnen op
het moment dat het nut of de gezamenlijke hobby er niet meer is, terwijl de
écht goede vriendschappen (langer) blijven bestaan omdat ze niet van dat soort
factoren afhankelijk zijn. Bij ware vriendschap draait het er vooral om dat je
elkaar mooi vindt als persoon. Dat je kunt genieten van elkaars karakter en dat
je elkaar volledig vertrouwt.
Kijkend naar deze indeling lijkt het me geen gewaagde veronderstelling ervan uit te gaan dat deze ook in meer of mindere mate geldt voor relaties. Mijn ex-vrouw en ik kenden elkaar bijvoorbeeld van tennis, maar nadat zij daarmee door een chronische rugblessure was gestopt en we niet meer samen tennisten, begon ik mij langzaam maar zeker af te vragen wat ons behalve de kinderen (klein detail) nog bond.
Kijkend naar deze indeling lijkt het me geen gewaagde veronderstelling ervan uit te gaan dat deze ook in meer of mindere mate geldt voor relaties. Mijn ex-vrouw en ik kenden elkaar bijvoorbeeld van tennis, maar nadat zij daarmee door een chronische rugblessure was gestopt en we niet meer samen tennisten, begon ik mij langzaam maar zeker af te vragen wat ons behalve de kinderen (klein detail) nog bond.
Verminderen van eenzaamheid
Ondanks dat de lezing meer feitjes rondom vriendschap op een rijtje zette dan
dat het iets nieuws bracht, bevestigde het wel iets wat ik eigenlijk al vermoedde.
Namelijk dat ik iemand ben die alleen maar interesse heeft in ware vrienden. Zo
zeg ik ook altijd dat ik niet aan kennissen doe en dat klopt helemaal.
De conclusie dat ik dan dus alleen ware vrienden zal hebben, lijkt vanzelfsprekend maar is dat niet. Want ik kan bepaalde mensen om me heen dan wel beschouwen als ware vrienden, maar dat wil nog niet zeggen dat dat per definitie vice versa ook zo werkt. Het kan best zo zijn dat die vrienden mij andersom juist meer zien als een vriend met een bepaald nut of met een gezamenlijke hobby.
De conclusie dat ik dan dus alleen ware vrienden zal hebben, lijkt vanzelfsprekend maar is dat niet. Want ik kan bepaalde mensen om me heen dan wel beschouwen als ware vrienden, maar dat wil nog niet zeggen dat dat per definitie vice versa ook zo werkt. Het kan best zo zijn dat die vrienden mij andersom juist meer zien als een vriend met een bepaald nut of met een gezamenlijke hobby.
Miljonairs die op een dag hun geld kwijtraakten, begrijpen
wel wat ik bedoel. Al kan een nut uiteraard ook van niet-materialistische aard
zijn. Iemand kan jou bijvoorbeeld als vriend hebben vanwege zijn behoefte aan
gezelschap en het verminderen van eenzaamheid, maar er toch geen problemen mee
hebben om jou “in te ruilen” op een moment dat hij een nieuwe partner vindt die
ook en zelfs beter in deze behoefte voorziet. Ongetwijfeld zullen er meer
mensen zijn die dit in meer of mindere mate herkennen en wel eens meegemaakt
hebben (zie ook column 152).
Oudejaarsloterij winnen
Gelukkig trouwens maar dat ik geen miljonair ben want dan
zou de naïviteit die ik op dit gebied in me heb pas echt op de proef worden
gesteld. Al hoef je in dat geval natuurlijk nergens bang voor te zijn zo lang
als je maar miljonair blijft. En mocht ik tegen alle verwachting in straks dan toch
opeens miljonair worden door bijvoorbeeld de Oudejaarsloterij te winnen dan
rest nog de interessante vraag in hoeverre ik dan nog moeilijk ga doen over al die
vele vrienden en mooie jonge vrouwen die vanuit het niets plotseling in mijn leven
verschijnen. Principieel en romantisch als ik ben, weet ik het antwoord hierop
overigens al...
Ware vrienden, hoeveel daarvan hebben wij er eigenlijk? Hoe eenvoudig de vraag ook lijkt, moest ik er toch heel goed over nadenken toen filosoof Kamphuis het publiek deze vraag voorlegde. Want wat beschouw ik zelf als een ware vriend?
Ware vrienden, hoeveel daarvan hebben wij er eigenlijk? Hoe eenvoudig de vraag ook lijkt, moest ik er toch heel goed over nadenken toen filosoof Kamphuis het publiek deze vraag voorlegde. Want wat beschouw ik zelf als een ware vriend?
Hierna volgt deel 2.
Tonko
Wil je reageren op deze column? Ik hoor graag jouw mening!
Klik onderaan dit blog op "(Geen) opmerkingen" en plaats je reactie.
Aristoteles (3x)
|